Impact van Spin-offs op de Economie kan bij ons groter
- Ivan Van de Cloot

- 6 dagen geleden
- 4 minuten om te lezen
Op vrijdag 7 november organiseerde Stichting Merito een tegensprekelijk debat over innovatie en ondernemen. Al te vaak vindt dat debat plaats boven de hoofden van de ondernemers zelf. Merito vond het essentieel om naast gewaardeerde onderzoekers als Elie Ratinckx van VARIO en academici als rector magnificus Silvia Lenaerts van Technische Universiteit Eindhoven (Brainport) ook échte ondernemers hun stem te laten horen. We danken in het bijzonder Kurt Leuridan van Tokai Optics, de enige producent van hoogwaardige brilglazen in ons land, Emmanuel Flaam – Netalux, technologieleider in laser cleaning technologie – en Jens Verbeeck van Magics Technologies, spin-off van KU Leuven en SCK•CEN, actief in de halfgeleidersector.
Ivan Van de Cloot legde in zijn inleiding de nadruk op het rendement op investeringen in innovatie: onze regio en land geven heel veel geld uit aan subsidies voor O&O, aan doctorandi en vorsers maar vertaalt zich dat wel in producten die de markt verlangt en in commerciële groei? Kwaliteit boven kwantiteit.
Hij zoomde in op een vergelijkende studie van de impact van academische spin-offs op de economie in ons land en in beste leerlingen als Zwitserland.

Impact van ETH Zürich Spin-offs op de Zwitserse Economie
Overzicht
ETH Zürich is uitgegroeid tot een van de productiefste en economisch meest significante motoren voor universitaire spin-offs in Europa. Tegen 2024 waren er 615 spin-offs opgericht, waaronder recordcohorten van 43 in 2023 en 37 in 2024, met een uitzonderlijke overlevingspercentage van 86 %. Ongeveer 95 % blijft in Zwitserland, en driekwart is gevestigd in het kanton Zürich, wat een dicht deep-tech ecosysteem rond de universiteit verankert.
Economische en Werkgelegenheidsimpact
Indicator ETH Zürich (laatst beschikbare) Totaal spin-offs (eind 2024) 615 Vijfjaarsoverlevingspercentage 93 % Banen gecreëerd (schatting) 10 000 + direct, >20 000 inclusief multipliers Jaarlijkse spin-off omzet ≈ CHF 2–3 miljard (geschat) Cumulatieve eigen vermogen waarde ≈ CHF 10 miljard Kapitaal opgehaald in 2024 CHF 425 miljoen (42 rondes) Unicorns GetYourGuide, Scandit, Climeworks, South Pole
Een gedetailleerde studie van St. Gallen (2020) van 145 ETH-spin-offs vond 4 500 FTE's en CHF 900 miljoen jaarlijkse omzet, met een gemiddelde van 30 banen per bedrijf — dubbel het Zwitserse start-up gemiddelde. Geëxtrapoleerd naar de huidige 600 + bedrijven, creëren ETH-originele ondernemingen ruim meer dan 10 000 banen en genereren ze miljarden aan omzet, voornamelijk in Zwitserland.
Over het bredere ETH-domein (ETH Zürich + EPFL + federale instituten) schatte een BiGGAR Economics-studie CHF 2,1 miljard bruto toegevoegde waarde en 21 600 banen toe te schrijven aan spin-offs, wat de macro-economische betekenis van de sector bevestigt.
Kwalitatieve Bijdragen
• Hoge-waarde werkgelegenheid: deep-tech, AI, sensoren, medische apparaten, climate tech. • Regionale clustering: consolidatie van Zürich als Europa's leidende deep-tech hub. • Kapitaal aantrekkingskracht: honderden miljoenen CHF geïnvesteerd jaarlijks, de-risking van early-stage science ventures. • Innovatieverspreiding: frequente overnames door Zwitserse en internationale corporates integreren ETH-technologieën in industriële waardeketens.
Vlaggenschip Voorbeelden
Bedrijf Sector Illustratieve Impact Sensirion AG (ETH 1998) Sensoren 1 200 + medewerkers, CHF 276 m omzet (2024), genoteerd aan SIX Swiss Exchange. GetYourGuide (ETH 2009) TravelTech 700 + medewerkers, ≈ €1 miljard jaarlijkse verkopen, globale operaties. Climeworks AG (ETH 2009) ClimateTech 500 + personeel, >$1 miljard funding, 's werelds grootste DAC-fabriek in IJsland. Scandit AG (ETH 2009) Computer Vision 400 medewerkers, ~$100 m omzet, waardering ≈ $1 miljard.
Conclusie
Het spin-off ecosysteem van ETH Zürich is een belangrijke drijvende kracht geworden achter de Zwitserse high-tech groei, door publiek gefinancierd onderzoek om te zetten in exporteerbare innovatie, werkgelegenheid en kapitaalvorming. Met meerdere unicorns, aanhoudend investeerdersvertrouwen en diepe integratie in de lokale industrie, biedt ETH een overtuigend benchmark voor hoe systematische PhD-valorisatie en ondernemerssteun duurzame economische impact kunnen opleveren.
Elie Ratinckx, beleidsadviseur van VARIO, bood elf aanbevelingen aan, gebaseerd op het werk van de Nobelprijswinnaars van dit jaar, om de productiviteits- en competitiviteitsagenda van Vlaanderen (de “Vlaamse versnelling”) aan te zwengelen. De nadruk ligt daarbij op het creëren van een ondernemingsvriendelijke omgeving (concurrentiebeleid, regelgeving, fiscaliteit en financiering), een kwaliteitsvolle infrastructuur, en instrumenten om het onderzoeks- én ondernemerstalent in onze regio te valoriseren. Hij bevestigde Ivans zienswijze dat we té veel denken in “input” als het om innovatie gaat en dat we meer moeten focussen op relevante “output” en op de knelpunten in het beleid en de economie.
Silvia Lenaerts lichtte het ecosysteem in Eindhoven toe waar de Technische Universiteit onder impuls van Philips tot stand kwam en waar ondernemingen als ASML meer dan 6.000 ondernemingen rondom een klein aantal goed gekozen waardeketens groeperen. De “Brainport” regio zet in het bijzonder in op nieuwe materialen, hernieuwbare energie, AI met focus op gezondheid en halfgeleidertechnologie. De universiteit zelf structureert haar faculteiten rond design, engineering en science voor die waardeketens. Silvia Lenaerts legde de nadruk op de fysieke contacten in dat netwerk, de samenwerking en kennisdeling waarbij onderzoekers aan de universiteit tijdig hun vondsten “loslaten” in de handen van ondernemers – en waar de overheid dat ondernemerschap de ruimte geeft. De rector magnificus deelde tot slot haar persoonlijke visie op het verschil tussen het transactionele Nederland met zijn nadruk op “verdienvermogen” en het inhoudelijk sterke maar verkokerde Vlaanderen en België.
Het panel van ondernemers maakte duidelijk dat de overheid beter kan doen om die ondernemersvriendelijke omgeving te creëren: de overheid concurreert met ondernemers voor plaatselijk ingenieurstalent, regelgeving en controle denken niet altijd mee met ondernemers en het aanvragen van subsidies is een heuse wetenschap – of industrie – geworden, zeker voor de kleinere ondernemingen. We zouden zonder subsidies (moeten) kunnen, die een vertekend en versnipperd beeld geven van hoe ‘goed’ het gaat met de economie in onze regio: waarom slagen we er niet in het private kapitaal te mobiliseren dat onze lokale ondernemers kan ondersteunen? De ondernemers willen hier blijven maar de dag dat de hindernissen die ze iedere dag moeten overwinnen om hier te produceren de horde te veel zullen zijn is niet ver meer af.
De vragen uit het publiek wezen uit dat onze noorderburen toch wat van hun pluimen hebben moeten laten als “pioniersland”, dat banken een belangrijke opdracht hebben bij het financieren van ons regionale ondernemerslandschap (met de overheid als waarborg indien nodig) en dat we hier in Europa al langer goed zijn in goede dingen zeggen – zie het Draghirapport – maar dat het méér dan tijd wordt dat we hier ook de goede dingen gaan doén.


Opmerkingen